Nadere kennismaking met Erwin Koolen

Zijn leven ging tot nu toe niet over rozen en geplaveide wegen. Erwin Koolen, geboren op 28 september 1970, heeft al genoeg meegemaakt om er een boek over te (laten) schrijven, maar hij blijft positief en ogenschijnlijk onverwoestbaar. Het is geenszins de bedoeling van het onderhoud om vuile was buiten te hangen, met modder te gooien of om een privéleven overhoop te halen. Nee, het is gewoon een nadere kennismaking met een man die dolblij is om de zaalvoetbalcompetitie, The Duke League, te ondersteunen en gastheer te zijn. De man achter de tap en van het bruin bakken in de keuken aan het woord speciaal voor de spelers uit de Siera A, B en C.

Biertje erbij

Enkele weken terug spraken we elkaar in de Stevenshof. Het werd een leuke en ontspannen ontmoeting in een gemoedelijke en kerstvolle sfeer. Een heus ‘kerstdorp’ vulde een deel van de woonkamer en alles was terug te zien dat de feestdagen voor de deur staan. Koolen ontvangt de ondervrager hartelijk en trekt voor de gelegenheid een biertje open. Niet zijn eerste, maar al helemaal niet zijn laatste. Hij geniet immers van het leven. Of het nu mee of tegen zit.

Leidsche Boys

Een groot deel van zijn voetballeven wordt gevuld door Leidsche Boys, by far ‘zijn club’. ,,Dat is altijd de meest gezellige en warmste kantine van Leiden geweest. Waar we ook zaten, aan de Kade of De Vliet. Het was een grote familie en die mis ik enorm. Natuurlijk heb ik nog wel mijn contacten, maar het blijft zo wrang dat we de 100 jaar niet mochten halen. Mijn pa is er nog voorzitter geweest en ik heb zeldzaam prettige mensen meegemaakt. Ik ga ze niet allemaal noemen, want dan vergeet ik er misschien wat. Maar wat zou je onder meer denken van Henk Faber, de eerste pachter van de kantine? Mijn hele familie zat er eveneens altijd en het heeft veel kameraadschappen opgeleverd.”

Michel Borst

Over pachten gesproken. ,,Ik was dat van 1 april 2012 tot 1 maart 2017 bij Leidsche Boys. Toen kreeg ik de kans om Partycentrum De Zijl te pachten samen met Michel Borst. Op 13 maart 2017 zijn we gestart en ik heb daar nooit spijt van gehad. In de loop der jaren hebben we onvoorstelbaar mooie feestjes gehad daar en er waren altijd activiteiten. Het was een levendige boel en ik heb ook altijd het nodige plezier beleefd aan de zaalvoetbalcompetitie. In de loop der jaren leer je al die gasten kennen, zeker ook omdat er weinig verloop was. Iedereen kwam en komt hier graag. Overigens was het niet zo dat Michel meteen stond te springen om het over te nemen van Trudy en Simon Hamerling. Hij had 27 jaar bij de Rabobank gezeten en stond plotseling op straat. Na wat gesprekken besloten we het avontuur aan te gaan. Ikzelf werkte nog bij het sportbedrijf voor 18 uur. Daar ben ik op 1 februari 2017 mee gestopt. Al met al ben ik 18 jaar zaalbeheerder geweest. Ook daarin heb ik mooie tijden beleefd. Als ik maar bezig was en onder de mensen.”

Horeca

Langer geleden zat Koolen ook nooit stil. In 84/85 begon ik bij de familie Lammers op De Luifelbaan in Zuid-West. Dat was in een snackbar. Vervolgens heb ik vakken gevuld bij de Digros op de Langegracht. Van ’90 tot ’96 was ik verbonden aan Zwetterhage in Zoeterwoude. Daar deed ik het interne transport en magazijnwerkzaamheden. Ook heb ik nog een jaartje in een cafetaria gestaan in Katwijk, maar dat was het niet helemaal voor mij. Toch ook ander volk. Vervolgens kort vlees gereden voor Zandbergen, schoonmaakwerkzaamheden bij Paul Holverda (ook al pachter geweest) en dan dus het sportbedrijf. Ondertussen bleef de horeca mij al die jaren wel trekken en dus ben ik op mijn plek bij De Zijl. Om er wel aan toe te voegen dat die hele coronashit het allemaal niet makkelijker maakt. Ook daar loop ik echter niet voor weg.”

1989-1990. Leidsche Boys eindigt als 2e achter Randstad Sport en promoveert. Staand v.l.n.r.: Thijs Polane, Patrick Koolen Sjoerd van der Leek (penningmeester), Peter Koolen, Thijs Neuteboom (voorzitter), Sem Nazloomian, Richard Riethoven, Ed Neuteboom, Daaf Zirkzee (bestuurslid), Peter Houthuizen, Wim Koolen (verzorger), Leo Engel, Har Luiten (leider), Pim Hoeven, Hans van Rhijn (trainer); zittend v.l.n.r: Richard Koolen, Roy Rudolph, Jack Filemon, Erwin Nieboer, ?, Erwin Koolen, Ron Zadelaar, Peter Siera.

Taylor, een toppertje

Zijn tweede vrouw, die boven lekker een filmpie aan het bekijken is, heeft hij in augustus ’97 ontmoet. Op 8 juni ’99 trouwde het koppel en uit dit huwelijk is Taylor voort gekomen, die ook al geknipt lijkt te zijn voor de horeca. ,,Een toppertje, in alle opzichten.” De Koolens wonen nu 23 jaar in de Stevenshof, Taylor is inmiddels het huis uit en woont samen.

Hartproblemen

Toen Koolen net aan werkzaam was in Partycentrum De Zijl kreeg hij een eerste hartinfarct. ,,Dat was op 6 mei 2017, een datum die je natuurlijk niet snel vergeet. Op 27 november 2020 kreeg ik er weer eentje. Natuurlijk schrik je, maar ik weet er inmiddels mee om te gaan. Die hartklachten zitten trouwens absoluut in de familie. Mijn broer van 54 heeft al acht keer een hartinfarct overleefd. Weet je, het kan dus altijd beroerder. Bij mijn eerste keer durfde ik niet eens meer te gaan slapen. Bang om niet meer wakker te worden. Daarna ben ik anders gaan leven en ik ben ermee gaan leren leven.

Tijdens en na wedstrijd

Koolen, Ajacied in hart en nieren, is blij met de prestaties van die club. ,,Zekers, maar ik vind de rivaliteit tussen de club en Feyenoord ook fantastisch. Strijd binnen de lijnen en de supporters mogen ook met elkaar dollen. Na de wedstrijd moet het echter over zijn. Ik zou willen dat het zo zou werken op dat niveau. Als voetballer en keeper wilde ik ook altijd winnen en ik kon de ziekte erin hebben als ik verloor. Maar na afloop is het klaar en doe je samen een biertje. Dan is er toch niets meer aan te doen.”

1979 – D-team bij een VTL-toernooi. Staand v.l.n.r.: Nico Dop, Yusuf Seyhan, John Lens, Wim Koolen, Leo Engel, Arjan Bavelaar, Erwin Koolen, Murat Colak, Piet van Rossum; gehurkt v.l.n.r: Ozcan Evren, Abdelaziz el Fakih, Erwin Nieboer, Henk Koome, Eric de Mooij, Peter van Rossum, Edwin Lepelaar; liggend Roy Nazloomian.

Windje tegen

Weer even terug naar zijn werkzaamheden. ,,Het ligt dus nu weer grotendeels plat (op het moment van het interview was er nog geen sprake van een volledige lockdown) en daar word je niet vrolijk van. We hebben een schitterende zaak en blijven strijdbaar. De zaak is opgezet met als doel dat ik mijn vrouw en dochter kan onderhouden. Nu en straks, als ik er onverhoopt niet meer ben. Toen we precies drie jaar open waren, moesten we dicht. Toen begon de eerste ellende met corona. Pernix 1 en 2 werden destijds kampioen. Daar hadden we een mega omzet kunnen draaien. Dan baal je natuurlijk van A tot Z, maar wat doe je eraan? Nu dus ook niets. We kunnen slechts hopen dat we snel weer open kunnen. In de voorbije weken konden we dat sporadisch vanwege het zwembad, maar daar alleen op kan je vanzelfsprekend niet draaien. Gelukkig draaiden we vanaf de zomer wel lekker, maar dat was ook hard nodig. Buitenom onze schuld was het buitenbad afgelopen zomer dicht. Er zijn gesprekken gevoerd met de gemeente omdat wij omzetverlies hadden, maar een vervolg is daar nog niet op gekomen. Dus om te zeggen dat we windje mee hebben, nee.”

Plannen

Na de feestdagen en hopelijk vanaf half januari mag en kan er weer meer. ,,De Zijl Cup kon ook al niet doorgaan en de zaalcompetitie van Dick en jou kwam eerder tot stilstand. Daarnaast missen we Pernix en zo kan ik wel even doorgaan. Dat neemt niet weg dat we zat plannen hebben voor 2022. Zo staat er een groot darttoernooi gepland op 8, 9 en 10 april. Dit met maar liefst veertig banen en 300 deelnemers. Co Stompé en Rilana Erades openen deze happening. Ook willen we t.z.t. weer een groot Sinterklaasfeest kunnen vieren. Twee jaar terug werd dat een groot succes met wel 450 tot 500 kinderen. Die waren voor een tientje de hele dag zoet. Dat hadden we nu ook gewild, maar ja het is niet anders.”

Nieuw elan

Wel is Koolen heel blij met het gegeven dat de zaalcompetitie is doorgegaan. ,,Aad zat hier vele jaren en het was treurig dat hij moest stoppen. Ik was voornemens om de organisatie zelf op mij te nemen, maar toen kwamen Dick en jij om het stokje over te nemen. Daar ben ik heel blij mee. Er is weer nieuw elan en iedereen is blij met de opzet en jullie nieuwe website. Ik kan mij nu focussen op mijn eigen werk. Geweldig om met al die teams de band verder uit te bouwen.”

Gezelligheidsmens

Koolen, die eerder woonde in de Sophiastraat, Vijf Meilaan, Mulderstraat, Louise Wentstraat, Mahlerstraat en de Rosa Spierstraat in Leiden, is bijna altijd omringd geweest door honden. Een schilderij met vier van zijn viervoeters siert de kamer en het gezin bewaart er mooie herinneringen aan. De spreker is ook van mensen en dieren om zich heen. ,,Ik ben een gezelligheidsmens ja. Ik moet aanspraak hebben. Mijn job in de horeca is natuurlijk ook geen toeval.”

Verhalen om van te smullen

Er komen tal van onderwerpen meer voorbij, waarbij voetbal centraal staat. Over het kampioenschap als tweedejaars C bij Leidsche Boys bijvoorbeeld. Hij noemt trainer en erelid Har Luiten. Wedstrijden in de A-jeugd tegen RCL en Roodenburg. Dat waren betere clubs, maar de Boys wonnen finalewedstrijden in zijn jeugdperiode omdat er een gouden lichting was bij de roodwitten. Ook aan een periode bij UVS denkt hij met plezier terug. De namen van Fred Filippo en Bert Jansen als trainers vallen. Koolen speelde onder meer tegen Edwin van der Sar. Andere namen die ter tafel komen zijn die van Rene de Jong, broers Richard en Patrick, neven Peter en Sjaak en zijn pa, die ook een tijdje verzorger was. De promotie met Leidsche Boys. Randstad Sport werd dat seizoen kampioen. Trainers Albert van de Berg en Per Chrispijn komen ook voorbij. En ach, nog zoveel meer. Wil je meer weten? Neem dan een keer plaats aan de bar in De Zijl of vraag Koolen op een ander moment naar zijn voetballoopbaan. Verhalen om van te smullen zullen volgen. Biertje erbij en het leven is weer goed.

Recht voor zijn raap

De vragensteller vraagt tenslotte of hij in staat is om zichzelf te beschrijven. Herken jij Koolen in deze? ,,Ik ben recht voor zijn raap. Je moet mij nemen zoals ik ben. Ik kan ontzettend lief zijn, maar ook spijkerhard. Lief ben ik zeker voor mijn vrouw, dochter en de beessies.  Als bij mij de emmer vol is dan ben ik er ook klaar mee. Ik ben in elk geval eerlijk. Dat valt niet altijd in goede aarde, nee. Maar dat is wie ik ben.”

Note redactie: Koolen had niet veel foto’s paraat, maar toch werden wat plaatjes uit het verleden gevonden. Maar het gaat meer om de tekst en de persoon zelf, niet waar?